Michael Ector (Woonbedrijf): “We omarmen de duurzaamheidsgedachte”

Vastgoed / 12 februari 2019
Redactie
Redactie
Redactie, CorporatieNL

Woonbedrijf heeft de afgelopen 20 jaren veel eengezinswoningen gerenoveerd en verduurzaamd. De woningen staan er doorgaans dan ook prima bij. In het kader van verdere verduurzaming was de vraag: “Hoe kun je nog extra (label)stappen zetten zonder extra bouwkundige ingrepen, zoals isolatie en het aanbrengen van dubbel glas?”

Woonbedrijf heeft daarom een marktconsultatie opgezet. Hierbij konden diverse marktpartijen gedurende een jaar hun methode en aanpak laten zien in woningen van Woonbedrijf.

We spraken Michael Ector, werkzaam als Projectleider Vastgoed, planmatig onderhoud bij Woonbedrijf, over dit interessante project.

De achtergrond van Woonbedrijf

Ector: “Woonbedrijf verhuurt ruim 33.000 woningen, waarvan 3.200 voor studenten.

De kwaliteit van onze woningen is goed tot bovengemiddeld. Door de komende jaren ca. 550 woningen per jaar te renoveren houden wij de kwaliteit op peil. Ons werkgebied concentreert zich op Eindhoven en omliggende gemeenten plus Helmond.”

De reden voor een marktconsultatie

We vroegen Ector naar de concrete aanleiding voor een marktconsultatie. Ector: “Een duurzame toekomst is de verantwoordelijkheid van iedereen. Ook van Woonbedrijf. Wij gaan onze verantwoordelijkheid niet uit de weg. Integendeel: we omarmen de duurzaamheidsgedachte en verankeren duurzaam denken en doen in ons dagelijks werk.”

“Tussen 2000 en nu zijn veel woningen (met name bouwkundig) aangepakt, bijvoorbeeld geïsoleerd en dubbel glas aangebracht. Bouwkundige aanpassingen zijn niet meer noodzakelijk. Om nu nog een stap verder te maken kunnen we de installaties gaan aanpakken. Om goed gebruik te maken van de kennis die er al is, heeft Woonbedrijf de vraag aan deskundigen, fabrikanten en opstartende bedrijven gesteld.”

De aanpak

Woonbedrijf wilde samen met de installateur, die in de wijk werkt, een goede oplossing zoeken. Daarom zijn zij samen op zoek gegaan naar een aantal partijen (bijvoorbeeld fabrikanten) die mogelijk een oplossing konden aanbieden.

Ector: “We hoorden dat er veel kennis zat bij ‘start up’s bij de Technische Universiteit Eindhoven (TU/e). Die wilden we ook graag meenemen. Deze partijen hebben vragen gekregen met een aantal kpi. (Kpi’s – Key Performance Indicators – zijn variabelen waarmee het succes van een bepaalde actie/organisatie kan worden gemeten, red.) Uiteindelijk hebben de partijen hun oplossing tijdens een pitch bij ons gepresenteerd. Daar waren alle partijen bij aanwezig, dus ook zij konden van elkaar leren.

Vanuit deze pitches is de selectie samen met de installateur gemaakt. De installateur gaat uiteindelijk de installaties plaatsen en onderhouden. Daarom was hun mening ook van groot belang.”

Met welke marktpartij samenwerken?

Er waren diverse verzoeken aan de marktpartijen;

  • Om een oplossing aan te dragen die bouwkundig geen aanpassingen meer behoeft.
  • Dat de woning in ieder geval de helft minder aan gasverbruik voor de verwarming zou behalen.
  • Voor de bewoner moest de bediening hetzelfde of eenvoudiger zijn dan zij gewend waren.
  • De energiekosten mochten niet hoger zijn dan voorheen.

Vervolgens moest er een keuze worden gemaakt uit de marktpartijen. Hoe is Woonbedrijf tot een keuze gekomen? Ector: “Op basis van de pitch is een gericht voorstel gedaan en daar is samen met de installateur een keuze uit gemaakt.”

“All-electric” pilot

Naast de marktconsultatie is Woonbedrijf ook met een ander project gestart, namelijk een “all-electric” pilot. We vroegen Ector naar de motivatie en verwachting wat betreft dit project. “Woonbedrijf is oorspronkelijk een woningcorporatie die liever kiest voor bewezen technieken. Maar nu wilden we ook een start up een keer de kans geven om zich te bewijzen. Daarom is er ook besloten om van één van de woningen een all- electric woning te maken. Deze woning is nu twee maanden in gebruik, maar het ziet ernaar uit dat ook deze installatie aan de verwachtingen voldoet.”

De vloerverwarming is een bijzonder onderdeel van de all-electric pilot. Ector: “Hier is de Karbonik infrarood vloerverwarming aangebracht die in tegenstelling tot gewone elektrische vloerverwarming zijn energie afgeeft door infrarood.”

De bewoners

Woonbedrijf vond het van belang dat de bewoners nauwelijks iets mochten merken van de pilots. Ector: “De les die wij eruit geleerd hebben, is dat het informeren van de bewoners hoe het beste om te gaan met de nieuwe installatie zeer van belang is. Hoe beter de bewoner geïnformeerd is, des te groter de besparing kan zijn.”

Wat zijn de conclusies?

We zijn benieuwd naar de evaluaties met alle betrokkenen; de bewoners, de installateur en de marktpartijen. We vroegen Ector welke conclusies er op dit moment kunnen worden getrokken.

  • We zien hoe de installaties presteren en daar zien we wel verschillen in, bijvoorbeeld op het rendement van het apparaat.
  • Uit de evaluatie met de installateur bleek dat het ene apparaat makkelijker te monteren was dan het andere. Er waren verschillen op het gebied van montage en de montagetijd.
  • Begeleiding van de bewoners is zeer belangrijk. Voor de bewoners is het toch iets nieuws.

Tijdens het Vastgoed Event “Verstandige keuzes in verduurzaming” op 28 maart leer je wat je wanneer kiest als het gaat om verduurzaming. Je bent van harte welkom om daarbij te zijn. Bekijk het programma, de sprekers en de deelnemers.